ECLI:NL:CRVB:2006:AZ1578
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van termijnoverschrijding bij indienen bezwaarschrift in sociale zekerheidszaken
In deze zaak gaat het om de beoordeling van de ontvankelijkheid van een bezwaarschrift dat te laat is ingediend door appellanten, die in hoger beroep zijn gegaan tegen een uitspraak van de rechtbank Den Haag. De Centrale Raad van Beroep heeft op 31 oktober 2006 uitspraak gedaan in deze kwestie. Appellanten, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. B.J. Tieman, hebben bezwaar gemaakt tegen een besluit van het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Waddinxveen, dat hun recht op bijstand over een bepaalde periode had ingetrokken en de gemaakte kosten had teruggevorderd. Het College had het bezwaar van appellanten ongegrond verklaard, waarna de rechtbank het besluit van het College vernietigde, maar het bezwaar alsnog niet-ontvankelijk verklaarde wegens termijnoverschrijding.
De Raad heeft vastgesteld dat de bezwaartermijn op 7 maart 2004 was verstreken, en dat de persoonlijke omstandigheden van appellanten, waaronder ziekenhuisopnames, niet voldoende waren om de termijnoverschrijding te rechtvaardigen. De Raad heeft daarbij verwezen naar eerdere jurisprudentie, waarin is vastgesteld dat alleen zeer uitzonderlijke persoonlijke omstandigheden kunnen leiden tot verschoonbaarheid van een termijnoverschrijding. De Raad heeft geconcludeerd dat de argumenten van appellanten niet overtuigend waren en dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat het bezwaar niet-ontvankelijk was. De uitspraak van de rechtbank is bevestigd, en er is geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.