ECLI:NL:CRVB:2006:AY6121
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- M.A. Hoogeveen
- H. Bolt
- H.G. Rottier
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkverklaring van verzet wegens termijnoverschrijding
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 augustus 2006 uitspraak gedaan over het verzet van appellant tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 23 november 2005. Appellant had verzet aangetekend tegen de niet-ontvankelijkverklaring van zijn hoger beroep, omdat hij het griffierecht niet tijdig had voldaan. De Raad heeft vastgesteld dat het verzetschrift niet binnen de gestelde termijn was ingediend. Appellant stelde dat hij de uitspraak van 23 november 2005 pas op 9 januari 2006 had ontvangen en dat hij door ziekte en ziekenhuisopnames niet eerder kon reageren. De Raad oordeelde echter dat appellant in verzuim was, omdat in de eerdere uitspraak duidelijk was vermeld binnen welke termijn een verzetschrift kon worden ingediend. De Raad heeft geoordeeld dat er geen redenen waren om aan te nemen dat appellant redelijkerwijs niet in verzuim was geweest. Daarom werd het verzet niet-ontvankelijk verklaard. De Raad zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door M.A. Hoogeveen als voorzitter, met H. Bolt en H.G. Rottier als leden, en in aanwezigheid van griffier B. van Zoelen-Altunc.