ECLI:NL:CRVB:2006:AY4869

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
21 juli 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
03-3422 WAO
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Intrekking van het recht op WAO-uitkering en niet-uitbetaling van uitkering

In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een appellant tegen de uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage van 2 juni 2003, waarin het beroep tegen een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) ongegrond werd verklaard. Het Uwv had bij besluit van 6 juli 2001 de WAO-uitkering van appellant met ingang van 1 september 2001 ingetrokken. Dit besluit werd door het Uwv bij een later besluit van 29 juli 2002 gehandhaafd. De rechtbank oordeelde dat het beroep tegen dit besluit ongegrond was, waarop appellant in hoger beroep ging.

Tijdens de procedure heeft het Uwv op 3 juni 2005 aan appellant medegedeeld dat zijn WAO-uitkering ongewijzigd wordt voortgezet. Appellant heeft echter geen reden gezien om het hoger beroep in te trekken, omdat het Uwv de uitkering over de jaren 2001 tot juni 2003 nog niet had uitbetaald. De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat het Uwv met het besluit van 3 juni 2005 geheel aan de bezwaren van appellant tegemoet is gekomen. De Raad oordeelt dat de intrekking van het recht op uitkering niet gelijk staat aan de niet-uitbetaling van de uitkering, en dat appellant geen verzoek heeft ingediend om het Uwv te veroordelen tot schadevergoeding.

Uiteindelijk concludeert de Raad dat appellant geen (proces)belang meer heeft bij het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank, waardoor het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard. De Raad heeft tevens de proceskosten van appellant in beroep en hoger beroep vergoed, tot een totaalbedrag van € 1.127,-, en het Uwv is verplicht het betaalde griffierecht van € 116,- aan appellant te vergoeden.

Uitspraak

03/3422 WAO
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
U I T S P R A A K
op het hoger beroep van:
[appellant] wonende te [woonplaats] (hierna: appellant)
tegen de uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage van 2 juni 2003, 02/3418 (hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen:
appellant
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv).
I. PROCESVERLOOP
Namens appellant heeft mr. S. Karkache, advocaat te Rotterdam, hoger beroep ingesteld.
Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend en, daaropvolgend, een vraag van de Raad beantwoord.
Namens appellant heeft mr. Karkache, voornoemd, de gronden van het hoger beroep aangevuld en een nader stuk ingediend.
Naar aanleiding van dit schrijven heeft het Uwv een besluit in het geding gebracht van 3 juni 2005, waarbij aan appellant is medegedeeld dat zijn WAO-uitkering ongewijzigd wordt voortgezet. Desgevraagd is hierop namens appellant gereageerd.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 9 juni 2006. Namens appellant is verschenen mr. Karkache. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. R.A.C. Rijk.
II. OVERWEGINGEN
Met ingang van 1 januari 2002 is de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen in werking getreden. Ingevolge de Invoeringswet Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen treedt in dit geding de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) in de plaats van het Landelijk instituut sociale verzekeringen (Lisv). In deze uitspraak wordt onder het Uwv tevens verstaan het Lisv.
Aan appellant is met ingang van 24 augustus 1999 een arbeidsongeschiktheidsuitkering toegekend berekend naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%.
Bij besluit van 6 juli 2001 heeft het Uwv appellants uitkering met ingang van 1 september 2001 ingetrokken. Bij besluit van 29 juli 2002, hierna: het bestreden besluit, heeft het Uwv het besluit van 6 juli 2001 gehandhaafd.
De rechtbank heeft het beroep tegen dit besluit ongegrond verklaard.
Het Uwv heeft bij besluit van 3 juni 2005 appellants uitkering ingevolge de WAO per 1 september 2001 ongewijzigd voortgezet.
Desgevraagd is namens appellant meegedeeld dat hij geen reden ziet het hoger beroep in te trekken nu het Uwv de uitkering over de jaren 2001 tot juni 2003 (nog) niet heeft uitbetaald.
De Raad oordeelt als volgt.
De Raad stelt vast dat met het besluit van 3 juni 2005 het Uwv geheel aan de bezwaren van appellant is tegemoet gekomen. De namens appellant gestelde gedeeltelijke niet-uitbetaling van de uitkering – wat daar ook van zij – kan hieraan niet afdoen, nu het bestreden besluit ziet op de intrekking van het recht op uitkering en niet op de uitbetaling ervan.
De Raad stelt verder vast dat namens appellant geen verzoek is ingediend om het Uwv te veroordelen tot vergoeding van schade. De Raad concludeert dat appellant bij zijn hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank geen (proces)belang (meer) heeft, zodat dit beroep niet-ontvankelijk verklaard moet worden.
De Raad acht termen aanwezig om op grond van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het Uwv te veroordelen in de proceskosten van appellant in beroep en in hoger beroep. Deze kosten worden begroot op € 322,- voor verleende rechtsbijstand in eerste aanleg en € 805,- voor verleende rechtsbijstand in hoger beroep, in totaal
€ 1.127,-.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep,
Recht doende:
Verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk;
Veroordeelt de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen in de proceskosten van appellant in eerste aanleg en in hoger beroep tot een bedrag groot € 1.127,-, te betalen door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen;
Bepaalt dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen aan appellant het betaalde griffierecht van € 116,- vergoedt.
Deze uitspraak is gedaan door M.M. van der Kade als voorzitter en T.L. de Vries en H.J. Simon als leden. De beslissing is, in tegenwoordigheid van S. Sweep als griffier, uitgesproken in het openbaar op 21 juli 2006.
(get.) M.M. van der Kade.
(get.) S. Sweep.
Gw