ECLI:NL:CRVB:2006:AX8983
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G.J.H. Doornewaard
- J. Brand
- I.M.J. Hilhorst - Hagen
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding wegens overschrijding beslistermijn WAO-procedure
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen een uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage, waarin zij haar bezwaar tegen de intrekking van haar WAO-uitkering aanvoert. Appellante had eerder een uitkering ontvangen, maar deze werd ingetrokken omdat het Uwv meende dat haar arbeidsongeschiktheid minder dan 15% was. Appellante stelde dat zij op 8 december 1998 volledig arbeidsongeschikt was en dat de intrekking onterecht was. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de lange duur van de procedure, die meer dan zeven jaar heeft geduurd, onaanvaardbaar is en dat appellante hierdoor immateriële schade heeft geleden. De Raad oordeelt dat het Uwv moet worden veroordeeld tot schadevergoeding van € 1.000,-- voor de geleden immateriële schade en tot een proceskostenvergoeding van € 1.449,--. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank voor zover deze betrekking heeft op het besluit op bezwaar van 16 november 2000, maar laat de rechtsgevolgen van dat besluit in stand. De Raad bevestigt de uitspraak voor het overige en wijst de vorderingen van appellante toe.