ECLI:NL:CRVB:2006:AW1312
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake sociale zekerheidswetgeving
In deze zaak heeft verzoekster, woonachtig te [woonplaats], een verzoek om herziening ingediend tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de Centrale Raad van Beroep van 30 augustus 2005, met nummer 05/3856 WWB. Dit verzoek is gedaan in het kader van de Wet werk en bijstand (WWB). De Centrale Raad van Beroep heeft op 11 april 2006 uitspraak gedaan over dit verzoek. De Raad overweegt dat het verzoek om herziening niet is bedoeld om de juistheid van de eerdere uitspraak ter discussie te stellen. De gronden die verzoekster aanvoert, zijn niet aan te merken als nieuwe feiten of omstandigheden die aanleiding geven tot herziening volgens artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad concludeert dat de feiten en omstandigheden die verzoekster aanvoert, reeds bekend waren vóór de eerdere uitspraak en dus niet voldoen aan de vereisten voor herziening. De Raad wijst het verzoek om herziening af en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door G.A.J. van den Hurk, in tegenwoordigheid van R.J. van der Veen als griffier, en is openbaar uitgesproken op 11 april 2006. Het onderzoek ter zitting vond plaats op 28 maart 2006, waarbij verzoekster werd bijgestaan door haar advocaat, mr.dr. G.P. Dayala, en het College werd vertegenwoordigd door F.H.W. Fris.