ECLI:NL:CRVB:2006:AV0714
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J. Janssen
- G.J.H. Doornewaard
- J. Brand
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van WAO-uitkering en TW-toeslag door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
In deze zaak gaat het om de terugvordering van een WAO-uitkering en een TW-toeslag door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) van appellant, die in hoger beroep is gegaan tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De rechtbank had het besluit van het Uwv om een bedrag van € 10.743,13 bruto terug te vorderen, vernietigd, maar het Uwv heeft in hoger beroep zijn standpunt herzien. De Centrale Raad van Beroep heeft op 20 januari 2006 uitspraak gedaan. De Raad oordeelt dat het Uwv voldoende heeft aangetoond dat de terugvordering terecht is en dat het bedrag correct is vastgesteld. Appellant had aangevoerd dat de specificaties van het Uwv niet klopten en dat hij het bedrag niet had ontvangen, maar de Raad oordeelt dat het aan appellant is om dit te bewijzen. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank voor zover deze betrekking heeft op de TW-toeslag, maar oordeelt dat de terugvordering van de WAO-uitkering terecht is. De Raad heeft het Uwv veroordeeld in de proceskosten van appellant en heeft bepaald dat het Uwv het griffierecht moet vergoeden.