ECLI:NL:CRVB:2005:AU4113
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- H. van Leeuwen
- T.L. de Vries
- M.M. van der Kade
- Rechtspraak.nl
Ongegrond verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring hoger beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 7 oktober 2005 uitspraak gedaan in het verzet van de opposant tegen de niet-ontvankelijk verklaring van zijn hoger beroep. De opposant had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Zwolle van 28 oktober 2004. De Raad had eerder, op 5 april 2005, het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet tijdig was betaald. De opposant kwam in verzet en voerde aan dat hij door zijn financiële situatie, veroorzaakt door hoge medische kosten, niet in staat was het griffierecht op tijd te voldoen. Tijdens de zitting op 26 augustus 2005 heeft de opposant verzocht om uitstel van betaling van het griffierecht.
De Raad overwoog dat de opposant vóór de afloop van de gestelde betalingstermijn op 31 januari 2005 de Raad had moeten informeren over zijn financiële situatie. Hierdoor had de Raad mogelijk een uitstel van betaling kunnen verlenen. De Raad oordeelde dat het verzet ongegrond was, omdat de opposant niet tijdig had gehandeld en geen gegronde redenen had aangevoerd voor het niet betalen van het griffierecht. De Raad concludeerde dat er geen termen aanwezig waren om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht, dat betrekking heeft op de proceskosten.
De uitspraak benadrukt het belang van tijdige betaling van griffierechten en de noodzaak voor partijen om de rechter tijdig te informeren over hun financiële situatie indien zij niet in staat zijn om aan de betalingsverplichtingen te voldoen. De Raad heeft de opposant in deze zaak niet in het gelijk gesteld en het verzet ongegrond verklaard.