ECLI:NL:CRVB:2005:AU0251
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G.A.J. van den Hurk
- J.M.A. van der Kolk-Severijns
- C.J. Borman
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag om bijstand voor bedrijfskapitaal voor horecaonderneming
In deze zaak heeft appellant, wonende te [woonplaats], hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Breda van 12 januari 2004, waarin zijn aanvraag om bijstand ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskapitaal voor een te starten horecaonderneming was afgewezen. De aanvraag was ingediend op 26 augustus 2002 bij het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Goirle. De rechtbank had in haar uitspraak van 12 januari 2004 geoordeeld dat het door appellant ingediende ondernemingsplan niet voldoende onderbouwd was om te concluderen dat met een bedrijfskapitaal van maximaal € 28.951,-- een levensvatbaar bedrijf kon worden gestart.
Tijdens de zitting van de Centrale Raad van Beroep op 14 juni 2005 was appellant niet aanwezig, maar gedaagde werd vertegenwoordigd door drs. M. Claassen. De Raad heeft de aangevallen uitspraak van de rechtbank beoordeeld en vastgesteld dat de rechtbank gemotiveerd is ingegaan op de door appellant in eerste aanleg aangevoerde grieven. Appellant heeft in zijn hoger beroepschrift enkel gesteld dat de rechtbank onvoldoende rekening heeft gehouden met zijn argumenten, zonder deze verder te concretiseren.
De Centrale Raad van Beroep heeft geconcludeerd dat appellant niet voldoende nieuwe gegevens heeft aangedragen die de uitspraak van de rechtbank zouden kunnen ondermijnen. Daarom heeft de Raad de aangevallen uitspraak bevestigd en geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door een collegiaal trio, met G.A.J. van den Hurk als voorzitter, en is openbaar uitgesproken op 26 juli 2005.