ECLI:NL:CRVB:2005:AT3306
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.C.F. Talman
- H. Bolt
- K. Zeilemaker
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van de weigering van een werkloosheidsuitkering wegens niet-nakoming van sollicitatieverplichtingen
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Roermond, waarin de rechtbank het beroep ongegrond verklaarde. Appellant ontving sinds 31 december 1999 een uitkering op basis van het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel (BWOO). Gedaagde, de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, heeft appellant meerdere keren maatregelen opgelegd wegens het niet voldoen aan zijn sollicitatieverplichtingen. Deze maatregelen zijn in rechte onaantastbaar geworden. Op 6 mei 2003 heeft gedaagde besloten om de uitkering van appellant met ingang van 29 april 2003 blijvend en geheel te weigeren, omdat appellant voor de derde keer binnen een jaar niet aan zijn sollicitatieverplichtingen had voldaan. Dit besluit werd door de rechtbank bevestigd.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld en is van oordeel dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat appellant zijn verplichtingen niet is nagekomen. De Raad verwijst naar de relevante feiten en omstandigheden, waaronder de communicatie tussen appellant en de reïntegratieconsulent. De Raad stelt vast dat appellant niet voldoende heeft getracht passende arbeid te verkrijgen, ondanks herhaalde waarschuwingen en gesprekken over zijn verplichtingen. De Raad bevestigt de beslissing van de rechtbank en oordeelt dat de maatregel van blijvende weigering van de uitkering rechtmatig is.
De Raad concludeert dat er geen termen zijn voor vergoeding van proceskosten op basis van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd, en de Raad wijst het hoger beroep van appellant af.