ECLI:NL:CRVB:2005:AS4021
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- B.J. van der Net
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- M. Greebe
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van de uitspraak over privaatrechtelijke dienstbetrekking in de psychosociale zorg
In deze zaak, behandeld door de Centrale Raad van Beroep, gaat het om de vraag of [betrokkene] in de jaren 1997, 1998 en 2000 werkzaamheden heeft verricht in een privaatrechtelijke dienstbetrekking voor appellante, een bedrijf dat zich richt op psychosociale zorg. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de relatie voldeed aan de drie essentiële kenmerken van een privaatrechtelijke dienstbetrekking: gezagsverhouding, verplichting tot persoonlijke dienstverrichting en verplichting tot loonbetaling. Appellante, vertegenwoordigd door mr. L.C. Blok, ging in hoger beroep tegen deze uitspraak.
De Raad overweegt dat de feiten en omstandigheden, zoals naar voren gekomen uit de stukken en het verhandelde ter zitting, bevestigen dat er sprake is van een gezagsrelatie. De werkzaamheden van [betrokkene] waren gericht op het verbeteren van het functioneren van werknemers en het oplossen van conflictsituaties. De betaling van f 60,70 per uur, gebaseerd op facturen en tijdschrijfformulieren, wijst op een tegenprestatie voor verrichte arbeid, wat de verplichting tot loonbetaling bevestigt.
Daarnaast blijkt dat [betrokkene] persoonlijk verantwoordelijk was voor de uitvoering van de werkzaamheden, zonder dat hij vervangend personeel had. De Raad concludeert dat de relatie tussen appellante en [betrokkene] voldoet aan de criteria voor een privaatrechtelijke dienstbetrekking, zoals vastgelegd in artikel 3 van de sociale werknemersverzekeringswetten. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt dan ook bevestigd, en er zijn geen termen aanwezig om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht.