ECLI:NL:CRVB:2004:AR8539
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Ch. van Voorst
- M.S.E. Wulffraat-van Dijk
- M.C. Bruning
- Rechtspraak.nl
Herziening van WAO-uitkering en vaststelling arbeidsongeschiktheid
In deze zaak gaat het om de herziening van de WAO-uitkering van appellante, die oorspronkelijk was vastgesteld op een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%. Gedaagde, de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), heeft op 10 april 2001 besloten om de uitkering van appellante te herzien en vast te stellen op een mate van arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45%. Na bezwaar van appellante is dit besluit op 4 april 2002 herroepen en is de mate van arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 55 tot 65%. De rechtbank Roermond heeft het beroep van appellante tegen dit besluit ongegrond verklaard.
Appellante is in hoger beroep gegaan, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. Th.H.C.M. Derkx. Tijdens de zitting op 3 november 2004 is appellante niet verschenen, terwijl gedaagde zich liet vertegenwoordigen door J.H. Steeghs. De Centrale Raad van Beroep heeft de vraag te beantwoorden of gedaagde terecht de herziening van de WAO-uitkering heeft doorgevoerd. De rechtbank had deze vraag bevestigend beantwoord, gebaseerd op de bevindingen van de verzekeringsarts en de bezwaarverzekeringsarts. De Raad oordeelt dat de medische advisering voldoende zorgvuldig was en dat er geen reden was voor een nadere expertise.
De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de mate van arbeidsongeschiktheid van appellante niet te laag is vastgesteld. Appellante had in hoger beroep herhaald dat zij niet in staat is om 20 uur per week te werken, onderbouwd met een verklaring van haar huisarts en een brief van het Vincent Van Gogh Instituut. De Raad concludeert echter dat deze documenten geen nieuwe medische gegevens bevatten en dat de eerdere diagnoses al in de beoordeling zijn meegenomen. De Raad ziet geen reden om te twijfelen aan de conclusies van de (bezwaar)verzekeringsarts. Het hoger beroep van appellante wordt afgewezen en de aangevallen uitspraak wordt bevestigd.