ECLI:NL:CRVB:2004:AQ9980
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van verzoek om bijzondere bijstand in meerkosten van kleding na levertransplantatie
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden, die haar verzoek om bijzondere bijstand in de meerkosten van kleding had afgewezen. Appellante, die in 1992 een levertransplantatie onderging, had in het verleden bijzondere bijstand ontvangen vanwege gewichtsschommelingen en een afwijkende lichaamsvorm. In 2000 verzocht zij opnieuw om bijstand, maar dit verzoek werd afgewezen door het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Weststellingwerf. De rechtbank verklaarde het beroep tegen deze afwijzing ongegrond.
De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen. De Raad oordeelde dat appellante niet had aangetoond dat er in de relevante periode sprake was van zodanige gewichtsschommelingen dat vervanging van haar garderobe noodzakelijk was. De Raad wees erop dat de door appellante overgelegde medische verklaring van haar internist niet voldoende informatie bevatte over haar gewichtsverloop. Bovendien kon appellante geen beroep doen op het vertrouwensbeginsel, aangezien de toekenning van bijzondere bijstand per jaar plaatsvindt en eerdere toezeggingen niet bindend zijn voor toekomstige aanvragen.
De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing van de Centrale Raad van Beroep werd op 31 augustus 2004 openbaar uitgesproken, waarbij de Raad de eerdere uitspraak van de rechtbank bekrachtigde.