ECLI:NL:CRVB:2003:AX8611
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.I. 't Hooft
- R.M. van Male
- G.M.T. Berkel-Kikkert
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag scootmobielgebruik rolstoelbus door gemeente Oisterwijk
In deze zaak gaat het om de afwijzing van een aanvraag door gedaagde, die op 9 mei 2000 verzocht om een vervoersvoorziening in de vorm van vervoer per rolstoeltaxi op basis van de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg). De gemeente Oisterwijk, als appellant, heeft deze aanvraag op 16 november 2000 afgewezen. Gedaagde heeft bezwaar aangetekend, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard. De rechtbank Breda heeft het beroep van gedaagde gegrond verklaard en het besluit van de gemeente vernietigd. De gemeente is in hoger beroep gegaan tegen deze uitspraak.
Tijdens de zitting op 11 juni 2003 heeft de Raad de zaak behandeld. Gedaagde heeft verstek laten gaan, terwijl de gemeente werd vertegenwoordigd door mr. A.H.G. Knops. De Raad heeft vastgesteld dat gedaagde, die lijdt aan de ziekte van Bechterew en beperkte mobiliteit heeft, in het verleden al een scootmobiel en andere vervoersvoorzieningen had gekregen. De Raad heeft de argumenten van de gemeente overwogen, waaronder dat gedaagde met de scootmobiel in haar directe omgeving kan reizen en dat de gemeente voldoende zorgplicht heeft vervuld door de toegekende voorzieningen.
De Raad heeft geconcludeerd dat de gemeente met de bestaande voorzieningen aan haar zorgplicht heeft voldaan. De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank vernietigd en het beroep van gedaagde ongegrond verklaard. De Raad benadrukt dat de scootmobiel bedoeld is voor korte afstanden en dat gedaagde in haar directe omgeving voldoende mogelijkheden heeft om sociale contacten te onderhouden. De Raad heeft geen termen gezien voor het toekennen van extra voorzieningen, zoals het gebruik van de rolstoeltaxi voor langere ritten met de scootmobiel.