ECLI:NL:CRVB:2003:AM7925
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- C.G. Kasdorp
- H.R. Geerling-Brouwer
- C.P.J. Goorden
- Rechtspraak.nl
Herziening van een besluit inzake uitkeringen voor burger-oorlogsgetroffenen
In deze zaak gaat het om een beroep tegen een besluit van de Raadskamer WUBO van de Pensioen- en Uitkeringsraad, waarbij de aanvraag van eiseres om herziening van een eerder besluit werd afgewezen. Eiseres, geboren in 1943, is een kind uit een gemengd huwelijk van een Joodse moeder en een niet-Joodse vader. In februari 1999 diende zij een aanvraag in op grond van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 (WUBO), maar deze werd afgewezen omdat er geen bewijs was van tegen haar gerichte handelingen door de Duitse bezetter. Eiseres heeft geen rechtsmiddelen aangewend tegen dit besluit, maar heeft in augustus 2001 een verzoek tot herziening ingediend, vergezeld van documenten die haar moeilijke omstandigheden tijdens de oorlog moesten aantonen.
De verweerster heeft het verzoek tot herziening afgewezen, wat leidde tot het huidige beroep. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld en moest beoordelen of het bestreden besluit in rechte stand kon houden. De Raad concludeert dat eiseres geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangedragen die niet eerder bekend waren bij de verweerster, en dat er geen aanleiding is om het eerdere besluit te herzien. De Raad verwijst naar een eerdere uitspraak in vergelijkbare zaken van de broers en zuster van eiseres.
Uiteindelijk verklaart de Raad het beroep ongegrond, en oordeelt dat de verweerster in redelijkheid tot haar besluit heeft kunnen komen. De Raad ziet geen aanleiding voor vergoeding van proceskosten. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met C.G. Kasdorp als voorzitter, en is openbaar uitgesproken op 2 oktober 2003.