ECLI:NL:CRVB:2001:BJ6239
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.C.F. Talman
- T. Hoogenboom
- J.H. van Kreveld
- Rechtspraak.nl
Onvoorwaardelijk strafontslag van belastingambtenaar wegens ernstig plichtsverzuim en belangenverstrengeling
In deze zaak gaat het om een belastingambtenaar die onvoorwaardelijk strafontslag heeft gekregen wegens ernstig plichtsverzuim. Appellant, werkzaam bij het Ministerie van Financiën sinds 1972, heeft in de periode van 1994 tot 1997 verschillende onregelmatigheden gepleegd. Hij verzorgde niet alleen de belastingaangiften van (rechts)personen, maar hielp ook zijn broer met diens administratieadviesbureau. Dit leidde tot belangenverstrengeling en het vaststellen van belastingaanslagen voor klanten zonder dat hij daartoe bevoegd was.
De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de Arrondissementsrechtbank te Maastricht, die zijn beroep tegen het besluit van de Staatssecretaris van Financiën ongegrond verklaarde. Appellant stelt dat hij ten tijde van de verweten feiten in een psychische toestand verkeerde die hem niet in staat stelde om zijn handelen te overzien, mede door overmatig alcoholgebruik. Hij verwijst naar rapporten van een klinisch psycholoog en zijn huisarts ter ondersteuning van zijn standpunt.
De Raad oordeelt echter dat de medische rapporten geen objectief ziektebeeld aantonen dat appellant zou uitsluiten van toerekenbaarheid. De conclusies van de geraadpleegde artsen wijzen erop dat appellant in staat was om zijn wil in vrijheid te bepalen en de ongeoorloofdheid van zijn handelen in te zien. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak en oordeelt dat het onvoorwaardelijk strafontslag niet onevenredig is, gezien de ernst van het plichtsverzuim.
De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep bevestigt de beslissing van de lagere rechtbank, en er wordt geen aanleiding gezien om proceskosten toe te kennen aan appellant.