ECLI:NL:CRVB:2000:ZB8925
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.I. 't Hooft
- D.J. van der Vos
- R.M. van Male
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen besluit inzake onrechtmatige inschrijving van kinderen als medeverzekerden onder de Ziekenfondswet
In deze zaak heeft appellante A. hoger beroep ingesteld tegen een besluit van Onderlinge Waarborgmaatschappij Zorgverzekeraar Zorg en Zekerheid u.a. inzake de onrechtmatige inschrijving van haar kinderen als medeverzekerden onder de Ziekenfondswet (ZFW). Het bestreden besluit, dat op 21 november 1996 werd genomen, verklaarde het bezwaar van appellante tegen een eerder besluit van 17 september 1996 kennelijk ongegrond. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld op 30 mei 2000, waarbij appellante zich liet vertegenwoordigen door haar echtgenoot en gedaagde door mr. M.G.M. Snep, juridisch medewerker.
De Raad overweegt dat de inschrijving van appellante als verzekerde bij Zorg en Zekerheid per 1 april 1989 is gebeurd, terwijl appellante stelt dat dit pas per 3 juli 1989 het geval was. De Raad heeft vastgesteld dat gedaagde onvoldoende bewijs heeft geleverd dat appellante relevante informatie heeft achtergehouden bij haar inschrijving. De Raad oordeelt dat de door gedaagde aangevoerde bewijsmiddelen niet voldoende concreet zijn om aan te nemen dat appellante met ingang van 1 april 1989 als verzekerde is ingeschreven.
De Raad vernietigt de aangevallen uitspraak en het bestreden besluit, en bepaalt dat gedaagde een nieuw besluit moet nemen met inachtneming van deze uitspraak. De Raad concludeert dat gedaagde niet heeft aangetoond dat appellante haar inlichtingenplicht heeft geschonden, en dat de omstandigheid dat gedaagde het aanmeldingsformulier niet meer kan overleggen, voor risico van gedaagde komt.