Uitspraak
Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten in Nederland,
[pachter],
Het geding in hoger beroep
Het onderzoek
Beoordeling van het geschil in hoger beroep
Aangenomen dat door de subsidiebeheervoorschriften, zoals pachter schrijft, de afzonderlijke percelen van het gepachte een verschillende opbrengst behalen, levert dat dus niet een omstandigheid op die van invloed is op de hoogst toelaatbare pachtprijs volgens het wettelijk systeem.
5. De deskundigen merken verder in het rapport op blz. 2 onder b op dat in de pacht(wijziging)overeenkomsten al uitgangspunt was dat het gebruik van bestrijdingsmiddelen zonder ontheffing van verpachtster niet is toegestaan. Dit volgt uit artikel 23 van de “Algemene voorwaarden 1996 pacht rietland (PR1996)” van de pachtovereenkomst van 1997 en het gegeven dat uit de stukken niet is gebleken dat dit uitgangspunt bij de latere pachtwijzigingsovereenkomsten is gewijzigd. Dat verpachtster het gebruik van MCPA op enig moment niet meer toestond, betekent blijkbaar dat ze voor dat gebruik geen ontheffing meer wilde verlenen. Dat is dus toegestaan op grond van de voorwaarden. In de pachtwijzigingsovereenkomst van 2016 is opgenomen dat het gebruik van alle vormen van bestrijdingsmiddelen onder alle omstandigheden is verboden. Vanwege de eerdere voorwaarde in artikel 23 brengt dat geen verandering in het oordeel van de Centrale Grondkamer dat bij de bepaling van de hoogst toelaatbare pachtprijs geen rekening moet worden gehouden met het feit dat verpachtster het gebruik van MCPA op enig moment niet meer toestond.