ECLI:NL:CBB:2025:58
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring subsidie COVID-19 voor onderneming
Op 20 januari 2025 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan in een verzetprocedure. De onderneming, een klein hotel, had verzet aangetekend tegen een eerdere uitspraak van het College van 18 juni 2024, waarin het beroep van de onderneming tegen een besluit van de minister van Economische Zaken ongegrond was verklaard. Dit besluit betrof de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van de onderneming tegen een vaststellingsbesluit van 7 december 2022, waarin de subsidie voor het vierde kwartaal van 2021 op € 0,- was vastgesteld en een terugvordering van een voorschot van € 82.332,48 was gedaan. De minister had geoordeeld dat de onderneming zonder goede reden buiten de termijn bezwaar had gemaakt.
Tijdens de verzetzitting heeft de onderneming aangevoerd dat de coronaperiode hen zwaar had getroffen, waardoor de hotelmanager zelf achter de receptie moest staan en het indienen van de subsidieaanvragen niet goed kon worden beheerd. Ondanks deze omstandigheden heeft het College geoordeeld dat er geen bijzondere redenen zijn aangevoerd die de termijnoverschrijding verschoonbaar maken. Het College heeft bevestigd dat de eerdere uitspraak van 18 juni 2024 juist was en heeft het verzet ongegrond verklaard. Hiermee is de zaak definitief afgesloten.