ECLI:NL:CBB:2025:235
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven inzake subsidie vaste lasten financiering COVID-19
Op 13 maart 2025 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven een mondelinge uitspraak gedaan in de zaak met nummer 23/948. De ondernemer, vertegenwoordigd door [naam 3], had verzet aangetekend tegen een eerdere uitspraak van het College van 16 juli 2024, waarin het beroep tegen een besluit van de Minister van Economische Zaken ongegrond was verklaard. De ondernemer had het verzetschrift te laat ingediend, namelijk op 16 september 2024, terwijl de termijn voor het indienen van verzet liep tot en met 27 augustus 2024. De ondernemer stelde dat hij de uitspraak op 19 juli 2024 had ontvangen en daarna op vakantie was gegaan, maar het College oordeelde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die de late indiening van het verzet rechtvaardigden. Daarom werd het verzet niet-ontvankelijk verklaard. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, en tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open, waarmee de procedure is geëindigd.