ECLI:NL:CBB:2024:743
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Geheimhoudingsbeslissing
- Rechtspraak.nl
Beperkingen van kennisneming in hoger beroep inzake mededingingswet en vertrouwelijke stukken
In deze zaak heeft [naam 4] hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 7 juli 2022, waarin de Autoriteit Consument en Markt (ACM) een verzoek heeft ingediend om beperking van de kennisneming van bepaalde stukken in het hoger beroep. De ACM heeft aangevoerd dat deze stukken vertrouwelijke informatie bevatten die betrekking heeft op ander onderzoek en persoonlijke gegevens. De rechter-commissaris, mr. H.S.J. Albers, heeft op 2 mei 2024 beslist dat de beperking van de kennisneming van de stukken met code D en F gerechtvaardigd is, terwijl de beperking van de kennisneming van het stuk met code C niet gerechtvaardigd is. De rechter-commissaris heeft [naam 4] verzocht om binnen twee weken aan te geven of zij instemt met het College dat uitspraak doet op basis van de vertrouwelijke stukken. Tevens is de ACM opgedragen om een nieuwe versie van het stuk met code C in te dienen. Deze beslissing is genomen in het kader van artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht, waarbij belangen van partijen tegen elkaar moeten worden afgewogen.