ECLI:NL:CBB:2024:236
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in decertificering van biologische kurkuma
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 29 februari 2024 uitspraak gedaan op het verzoek van Nedspice EMEA B.V. om een voorlopige voorziening in verband met een decertificeringsbesluit van Stichting Skal Biocontrole. Skal had op 5 december 2023 besloten om de partij kurkuma met partijnummer 33243 te decertificeren op basis van de bevindingen dat deze niet voldeed aan de eisen van Verordening (EU) 848/2018. Nedspice, die de kurkuma als biologisch product verhandelde, maakte bezwaar tegen dit besluit en vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening totdat op het bezwaar was beslist.
De voorzieningenrechter oordeelde dat het spoedeisend belang bij de gevraagde voorlopige voorziening niet zonder meer gegeven was. Nedspice had onvoldoende concrete argumenten aangedragen om aan te tonen dat de bedrijfsvoering in ernstige problemen zou komen door het decertificeringsbesluit. De voorzieningenrechter benadrukte dat het decertificeringsbesluit niet belette dat Nedspice de kurkuma als gangbaar product kon verhandelen, zij het tegen een lagere prijs. Bovendien was er geen sprake van een in het oog springende onrechtmatigheid of onevenredigheid die een voorlopige voorziening rechtvaardigde.
De voorzieningenrechter concludeerde dat de door Skal overgelegde informatie voldoende aannemelijk maakte dat de kurkuma niet voldeed aan de gestelde eisen. De voorzieningenrechter wees het verzoek om een voorlopige voorziening af en stelde dat Skal geen proceskosten hoefde te vergoeden. Deze uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. K. Naganathar, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.