ECLI:NL:CBB:2023:81
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afhandeling klacht over factuur NVWA
In deze zaak heeft [naam 1] B.V. beroep ingesteld tegen de afhandeling van een klacht over een factuur die door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit was verzonden. De factuur, gedateerd 24 augustus 2020, betrof een bedrag van € 3.062,87 voor diensten verricht door de NVWA. [naam 1] heeft op 8 oktober 2020 per e-mail aan de minister laten weten dat de factuur niet correct was en heeft op 19 oktober 2020 bezwaar gemaakt tegen de factuur. De minister heeft de e-mail van 8 oktober 2020 echter als een klacht aangemerkt en deze op 5 november 2020 afgewezen. [naam 1] heeft vervolgens beroep ingesteld tegen deze afwijzing.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 21 februari 2023 geoordeeld dat [naam 1] geen beroep kan instellen tegen de afhandeling van haar klacht. Het College concludeert dat de e-mail van 8 oktober 2020 niet als bezwaarschrift kan worden opgevat, omdat deze niet op de juiste wijze was ingediend en niet duidelijk als zodanig was geformuleerd. De minister was niet verplicht om te informeren of de e-mail als bezwaarschrift moest worden opgevat. Het College heeft vastgesteld dat de minister de e-mail van 8 oktober 2020 terecht als klacht heeft behandeld en dat de afhandeling daarvan geen beslissing op bezwaar is. Daarom is het beroep van [naam 1] niet-ontvankelijk verklaard.
Het College heeft ook opgemerkt dat de minister nog moet beslissen op de e-mail van [naam 1] van 19 oktober 2020, waarin zij bezwaar heeft gemaakt tegen de factuur. De uitspraak is gedaan door mr. H.L. van der Beek, met mr. Y.R. Boonstra-van Herwijnen als griffier, en is openbaar uitgesproken op 21 februari 2023.