2.1De klacht, zoals weergegeven in de uitspraak van de accountantskamer, welke weergave door partijen niet wordt bestreden, houdt in dat appellant heeft gehandeld in strijd met de voor hem geldende gedrags- en beroepsregels. Ten grondslag aan de klacht liggen de volgende verwijten:
a. appellant heeft tijdens het gesprek met het management op 17 januari 2013 niet of te
weinig doorgevraagd;
b. appellant heeft onvoldoende onderzoek gedaan naar het doorlenen van gelden door [naam 9] aan [naam 6] en hij heeft hiernaar ten onrechte pas bij de eindbespreking met het management vragen gesteld;
c. appellant heeft naar aanleiding van het door het management opgestelde herstelplan van 28 januari 2013, waaruit het voornemen tot het opzetten van een piramidefonds bleek, geen actie ondernomen;
d. appellant heeft in het controledossier geen beoordeling opgenomen van de daadwerkelijk opgehaalde obligatiegelden van de fondsen in relatie tot de volgens de prospectussen beoogde opbrengsten, noch een analyse van het verschil en de gevolgen daarvan;
e. appellant heeft in het controledossier geen beoordeling opgenomen van de aard en de
omvang van de gedane investeringen in relatie tot de investeringen zoals aangekondigd in de prospectussen en in relatie tot de ontvangen obligatiegelden;
f. appellant heeft in het controledossier geen beoordeling opgenomen ten aanzien van het niet aantrekken van bancaire financiering door [naam 6] ;
g. appellant heeft ten onrechte geen nadere controlewerkzaamheden uitgevoerd naar de aard en omvang van de gemaakte fondskosten;
h. appellant heeft in het controledossier ten onrechte geen beoordeling van de feitelijke leiding van het concern opgenomen;
i. appellant heeft onvoldoende werkzaamheden verricht ten aanzien van de continuïteit van de onderneming;
j. appellant heeft onvoldoende onderzoek verricht naar de transacties met gerelateerde partijen en de kasopnames en betalingen aan de gelieerde partijen [naam 29] BV ( [naam 29] ) en [naam 30] GmbH ( [naam 30] ) vanuit [naam 5] ;
k. appellant heeft ten onrechte geen FIU-melding gedaan op grond van artikel 15 van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft), dan wel een melding gedaan als bedoeld in artikel 26, tweede lid, van de Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta).