6.2Op grond van artikel 49a, eerste lid, van de Wmg, is het een zorgaanbieder als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, onder 1, van de Wmg verboden een concentratie als omschreven in de Mededingingswet (https://www.navigator.nl/document/openCitation/idf385c91f74b289ba1cf9990a42d9cd0c) tot stand te brengen, zonder daaraan voorafgaande goedkeuring van de zorgautoriteit.
Artikel 49b van de Wmg luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
“1. De aanvraag, bedoeld in artikel 49a, tweede lid, gaat vergezeld van een rapport over de verwachte effecten van de beoogde concentratie.
2. Het rapport biedt ten minste inzicht in:
a. de doelstellingen van de concentratie;
b. de redenen voor concentratie;
c. de structuur van de beoogde organisatie van de zorgaanbieder of zorgaanbieders;
d. de financiële gevolgen van de concentratie voor de zorgaanbieder of zorgaanbieders;
e. de gevolgen van de concentratie voor de zorgverlening aan de cliënt;
f. de risico's van de concentratie voor de kwaliteit en bereikbaarheid van de zorg en de wijze waarop deze risico's worden ondervangen;
g. het oordeel en de aanbevelingen van cliënten, personeel en andere betrokkenen over het voornemen tot concentratie en de wijze waarop zij dit kenbaar hebben kunnen maken, alsmede een onderbouwing voor de wijze waarop het oordeel of de aanbevelingen zijn meegewogen bij het voornemen tot concentratie;
h. de wijze waarop en het tijdsbestek waarbinnen de concentratie zal worden gerealiseerd.
(…)”
Artikel 49c van de Wmg luidt, eveneens voor zover hier van belang, als volgt:
“1. De zorgautoriteit besluit binnen vier weken op een aanvraag als bedoeld in artikel 49a, tweede lid.
2. De zorgautoriteit onthoudt haar goedkeuring aan de concentratie indien:
a. cliënten, personeel en andere betrokkenen niet op een zorgvuldige wijze zijn betrokken bij de voorbereiding van de concentratie, waarbij zij in ieder geval tijdig en op begrijpelijke wijze op de hoogte moeten zijn gebracht van de inhoud van de concentratieplannen en de manier waarop oordelen of aanbevelingen hierover kenbaar kunnen worden gemaakt;
b. het oordeel en de aanbevelingen van cliënten, personeel en andere betrokkenen niet overtuigend en beargumenteerd zijn meegewogen in de besluitvorming tot concentratie;
c. als gevolg van de concentratie de continuïteit van bij algemene maatregel van bestuur aangewezen vormen van zorg als bedoeld in artikel 56a, eerste lid, in gevaar komt.
d. het rapport als bedoeld in artikel 49b, eerste lid, onvoldoende inzicht biedt in de verwachte effecten van de beoogde concentratie aan de hand van de eisen, bedoeld in artikel 49b, tweede en derde lid.
3. De zorgautoriteit kan aan de goedkeuring voorwaarden, voorschriften of beperkingen verbinden.
(…)”
7. Het College komt tot de volgende beoordeling.