Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 24 november 2020 in de zaak tussen
Maatschap [naam] , te [plaats] , gemeente [gemeente] , appellante
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder
Procesverloop
OverwegingenDe Regeling
Besluiten van verweerder
Beoordeling beroepsgronden
-artikel 1 van het EP (individuele buitensporige last)
15 december 2014 een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 verleend. Appellante wilde de nieuwe stal vol krijgen door middel van eigen aanwas.
Het College wil op basis van de door appellante overgelegde stukken wel aannemen dat zij financieel stevig wordt geraakt door de tenuitvoerlegging van de Regeling. Uit die stukken, waaronder het accountantsrapport van Van Oers Agro van 27 juni 2018, blijkt wat betreft de fosfaatreductie echter niet zonder meer en zonder nadere onderbouwing dat de continuïteit van haar bedrijf in gevaar komt.
Het betoog faalt.
Slotsom
€ 525,00).
Beslissing
€ 525,00.
mr. A.J. Jansen, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
24 november 2020.