ECLI:NL:CBB:2018:600
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek verhoging referentieaantal op grond van de Regeling Fosfaatreductieplan 2017
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 13 november 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen een melkveehouder en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De melkveehouder had verzocht om verhoging van het referentieaantal op basis van artikel 12, tweede lid, van de Regeling Fosfaatreductieplan 2017. Dit verzoek werd echter afgewezen omdat het te laat was ingediend, waardoor niet voldaan was aan de toepassingsvoorwaarde van artikel 12, derde lid, van de Regeling. De heffingen die aan de melkveehouder waren opgelegd, werden niet in strijd geacht met het recht op ongestoord genot van eigendom, zoals gewaarborgd in artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens. Het College oordeelde dat de hoogte van de heffingen geen individuele en buitensporige last met zich meebracht. De melkveehouder had in zijn beroep betoogd dat de afwijzing van zijn verzoek in strijd was met het zorgvuldigheidsbeginsel, maar het College verwierp deze stelling. De uitspraak concludeerde dat het beroep ongegrond was en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.