In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 28 augustus 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de kwalificatie van Euronext Fund Services (EFS) als gereglementeerde markt. De appellanten, verschillende naamloze vennootschappen van Robeco Capital Growth Funds, hebben in beroep de heffingen van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) betwist, die waren opgelegd op basis van de Wet op het financieel toezicht. De AFM stelde dat EFS voldeed aan de definitie van een gereglementeerde markt, zoals vastgelegd in de Wft. Het College heeft in zijn uitspraak de uitleg van het begrip 'gereglementeerde markt' door het Hof van Justitie van de Europese Unie betrokken, dat op 16 november 2017 een prejudiciële beslissing heeft gegeven over de kwalificatie van EFS. Het College concludeert dat EFS inderdaad een multilateraal systeem is dat meerdere koop- en verkoopintenties samenbrengt, en bevestigt daarmee de kwalificatie van EFS als gereglementeerde markt. Daarnaast heeft het College geoordeeld dat er geen sprake is van overschrijding van de redelijke termijn in de procedure, en dat de appellanten geen schadevergoeding toekomt. De uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 24 december 2013 wordt bevestigd.