Op 2 juli 2015 heeft de Autoriteit Consument en Markt (ACM) een besluit genomen op grond van artikel 71 van de Spoorwegwet over de gebruiksvergoeding spoor in 2015 en 2016, naar aanleiding van een aanvraag van de Federatie Mobiliteitsbedrijven voor Nederland (FMN). Tegen dit besluit hebben verschillende partijen, waaronder de vereniging Spoorgoederenvervoer Nederland (SGV Nederland), DB Schenker Rail Nederland N.V. en Nederlandse Spoorwegen N.V., beroepen ingesteld. De beroepen zijn respectievelijk op 28 augustus, 31 augustus en 3 september 2015 ingediend. ACM heeft vervolgens een zienswijze ingediend over de ontvankelijkheid van deze beroepen.
De zitting vond plaats op 7 oktober 2015, waar de partijen zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. Na sluiting van het onderzoek ter zitting heeft het College van Beroep voor het Bedrijfsleven onmiddellijk uitspraak gedaan. Het College verklaarde de beroepen niet-ontvankelijk, omdat deze na afloop van de beroepstermijn van zes weken waren ingediend. De beroepstermijn was begonnen op 3 juli 2015, na de bekendmaking van het besluit aan de aanvrager en betrokken belanghebbenden.
Het College overwoog dat er geen verschoonbare termijnoverschrijding was, aangezien de appellanten professionele partijen zijn die op de hoogte hadden moeten zijn van de termijn. Het College benadrukte dat het op de weg van de appellanten had gelegen om tijdig deskundig advies in te winnen of een pro forma beroep in te stellen. De uitspraak werd gedaan door de meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en werd openbaar uitgesproken op 7 oktober 2015.