ECLI:NL:CBB:2014:107
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Voorlopige voorziening in het kader van toezicht op naleving Telecommunicatiewet door KPN
In deze zaak heeft de Autoriteit Consument en Markt (ACM) aan Koninklijke KPN N.V. twee lasten onder dwangsom opgelegd wegens overtreding van artikel 18.7 van de Telecommunicatiewet. KPN heeft bezwaar gemaakt tegen deze besluiten en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 4 april 2014, waar beide partijen zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat, op basis van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, een voorlopige voorziening kan worden getroffen indien onverwijlde spoed dat vereist. Het oordeel van de voorzieningenrechter is voorlopig en bindt het College niet in een eventuele bodemprocedure.
KPN heeft geweigerd om bepaalde inlichtingen te verstrekken die ACM had gevorderd in het kader van toezicht op de naleving van verplichtingen. Dit betreft onder andere de namen en contactgegevens van medewerkers die betrokken zijn bij de Chinese muren en Pricing Boards binnen KPN. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er een voldoende spoedeisend belang is voor ACM om de gevraagde gegevens te ontvangen, aangezien deze informatie noodzakelijk is voor hun nader onderzoek.
De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat KPN niet kan volstaan met een aanbod tot inzage in plaats van schriftelijke verstrekking van de gevraagde gegevens. KPN heeft ook de namen van contactpersonen op de aan ACM verstrekte SLA’s onleesbaar gemaakt, wat door de voorzieningenrechter als onterecht werd beoordeeld. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, zonder proceskostenveroordeling.