ECLI:NL:CBB:2013:BZ4234
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen vaststelling bedrijfstoeslag 2010 en perceelsoppervlakte
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven op 20 februari 2013, betreft het een beroep van Maatschap A en B tegen de vaststelling van de bedrijfstoeslag voor het jaar 2010 door de staatssecretaris van Economische Zaken. De staatssecretaris had bij besluit van 23 februari 2011 de bedrijfstoeslag vastgesteld op € 8.582,88, waarbij de perceelsoppervlakte van perceel 3 werd vastgesteld op 4,73 hectare, in tegenstelling tot de door appellante opgegeven oppervlakte van 4,95 hectare. Appellante was het niet eens met deze vaststelling en heeft beroep ingesteld na het ongegrond verklaren van haar bezwaar door de staatssecretaris op 5 augustus 2011.
Tijdens de zitting op 15 februari 2012 heeft appellante haar standpunt toegelicht, waarbij zij werd bijgestaan door A en B. De staatssecretaris werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigden. Het College heeft het onderzoek heropend op 27 maart 2012, omdat er andere zaken waren die relevant konden zijn voor deze uitspraak. Uiteindelijk heeft het College besloten het onderzoek te sluiten zonder nader onderzoek ter zitting.
De kern van het geschil lag in de vaststelling van de oppervlakte van perceel 3. De staatssecretaris had deze oppervlakte gecontroleerd met behulp van een systeem voor de identificatie van landbouwpercelen, waarbij gebruik werd gemaakt van luchtfoto's en referentiepercelen. Appellante betwistte de aanwezigheid van bomen en een sloot op het perceel, maar kon haar stellingen niet met bewijs onderbouwen. Het College concludeerde dat de staatssecretaris de oppervlakte van perceel 3 terecht had vastgesteld op 4,73 hectare. Het beroep van appellante werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.