ECLI:NL:CBB:2012:BY0528
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- C.M. Wolters
- R.F.B. van Zutphen
- C.J. Waterbolk
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid College van Beroep inzake ontheffing zondagopenstelling supermarkten
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, gedateerd 6 september 2012, zijn de appellanten Dekamarkt B.V. en Vomar Voordeelmarkt B.V. in geschil met de burgemeester en wethouders van Heemstede over de ontheffing voor zondagopenstelling van hun supermarkten. De zaak betreft een heroverweging van eerdere besluiten waarbij ontheffing was verleend aan Dekamarkt en afgewezen aan Albert Heijn. De appellanten zijn het niet eens met de beslissing van 27 september 2011, waarbij ontheffing voor zondagopenstelling aan Albert Heijn werd verleend vanaf juli 2012. Het College oordeelt dat de ontheffingverlening aan Albert Heijn een nieuw primair besluit is, waartegen eerst bezwaar moet worden gemaakt. Hierdoor zijn de beroepschriften van Dekamarkt en Vomar niet ontvankelijk, en worden deze aangemerkt als bezwaarschriften die door verweerders behandeld moeten worden.
Het College benadrukt dat de bevoegdheid om te beslissen over de ontheffing aan Albert Heijn niet bij hen ligt, en dat de bezwaarschriften van de appellanten door verweerders behandeld moeten worden. Tevens wordt opgemerkt dat het bezwaar van Vomar niet binnen de wettelijke termijn is ingediend, maar het College deelt het standpunt van verweerders over de termijnoverschrijding niet. De uitspraak eindigt met een proceskostenveroordeling, waarbij verweerders worden veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten en griffierechten aan de appellanten.
De uitspraak is van belang voor de rechtsgang rondom ontheffingen voor zondagopenstelling en de bevoegdheid van het College in dergelijke zaken. Het College stelt dat er een zorgvuldige procedure moet zijn waarin alle geïnteresseerde ondernemers op gelijke wijze kunnen meedingen naar de beschikbare ontheffing.