ECLI:NL:CBB:2011:BU8511
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- E.R. Eggeraat
- Rechtspraak.nl
Tegemoetkoming in schadevergoeding op grond van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 15 november 2011 uitspraak gedaan in het geschil tussen appellant A, vertegenwoordigd door J.J.G. van der Voort, en de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Het geschil betreft de toekenning van een tegemoetkoming in de schade op basis van artikel 86 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (Gwd) na het doden van de geiten van appellant. Appellant had bezwaar gemaakt tegen het besluit van 20 september 2010, waarin zijn verzoek om schadevergoeding ongegrond werd verklaard. Het College heeft de zaak behandeld na een zitting op 8 september 2011, waar beide partijen vertegenwoordigd waren.
De beoordeling van het College richtte zich op de vraag of verweerder terecht 6% BTW in mindering had gebracht op de toegekende schadevergoeding. Appellant betoogde dat hij over de ontvangen schadevergoeding BTW moest afdragen en dat er een overeenkomst was gesloten met verweerder bij de ondertekening van het taxatierapport. Het College oordeelde echter dat het taxatierapport niet als een overeenkomst kan worden beschouwd, maar enkel als basis voor de schadevergoeding op grond van artikel 86 Gwd.
Het College concludeerde dat de waarden in de taxatietabel inclusief 6% BTW zijn vermeld en dat appellant dus 6% minder schade heeft geleden dan een geitenhouder die onder de Landbouwregeling valt. De schadevergoeding is geen vergoeding voor een prestatie, waardoor er geen BTW hoeft te worden afgedragen. Gelet op deze overwegingen verklaarde het College het beroep ongegrond en zag het geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.