ECLI:NL:CBB:2011:BU4604
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen beslissing raad van tucht voor registeraccountants inzake goodwillberekening
In deze zaak gaat het om een beroep van A AA tegen een beslissing van de raad van tucht voor registeraccountants en Accountants-Administratieconsulenten te Amsterdam. De raad van tucht had op 29 juni 2009 een klacht van C tegen appellant gegrond verklaard en een schriftelijke waarschuwing opgelegd. Appellant heeft tegen deze beslissing beroep ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Tijdens de zitting op 24 mei 2011 zijn zowel appellant als klaagster verschenen, bijgestaan door hun adviseurs. Appellant betoogde dat de raad van tucht ten onrechte had geoordeeld dat hij een nieuwe schriftelijke opdrachtbevestiging had moeten voorleggen aan klaagster en haar medevennoot. Het College oordeelde dat de raad van tucht in dit opzicht een fout had gemaakt, aangezien de brief van 10 juli 2008 slechts een concept betrof en de opdrachtgevers de gelegenheid hadden om commentaar te geven. Het College concludeerde dat de gedraging van appellant geen schending van de artikelen A-130.1 of B1-210.7 van de Verordening gedragscode opleverde. Het beroep van appellant werd gegrond verklaard, de beslissing van de raad van tucht werd vernietigd en de klacht werd ongegrond verklaard voor zover deze in beroep aan de orde was.