ECLI:NL:CBB:2011:BQ6191
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Onregelmatigheid in aanvraag voor GLB-inkomenssteun en gevolgen voor steunverlening
In deze zaak heeft appellant, A, beroep ingesteld tegen besluiten van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, waarbij zijn bezwaren tegen de vaststelling van de bedrijfstoeslag voor het jaar 2009 ongegrond zijn verklaard. De appellant had op 18 juni 2010 beroep ingesteld tegen een besluit van 10 mei 2010, waarin het voorschot op de bedrijfstoeslag was vastgesteld op nihil. Dit besluit volgde op een eerdere beslissing van 17 februari 2010, waarin verweerder de bezwaren van appellant tegen de vaststelling van de bedrijfstoeslag ongegrond verklaarde. De appellant had acht percelen opgegeven, maar erkende een vergissing te hebben gemaakt bij de opgave van perceel 1, dat hij aan een derde had verhuurd. De afgekeurde oppervlakte met sanctie bedroeg 3.34 ha, wat meer dan 20% van de goedgekeurde oppervlakte was. Hierdoor werd de bedrijfstoeslag definitief op nihil vastgesteld.
De procedure omvatte een zitting op 8 april 2011, waar partijen zich door hun gemachtigden lieten vertegenwoordigen. De appellant voerde aan dat er geen sprake was van een onregelmatigheid, omdat hij een juiste grondoppervlakte had opgegeven. Hij stelde dat de intekening op de bedrijfskaart niet als bewijs voor een dubbelclaim kon gelden en dat de sanctie niet in verhouding stond tot de geconstateerde fout. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelde echter dat er wel degelijk sprake was van een onregelmatigheid, omdat de appellant perceel 1 als in gebruik zijnde had opgegeven, terwijl hij dit perceel had verhuurd. De aanvraag bevatte geen tegenstrijdigheden, en de appellant had niet tijdig melding gemaakt van overmacht.
Het College concludeerde dat de appellant niet had aangetoond dat hem geen schuld trof en dat de uitsluiting van steun op basis van de regelgeving dwingend was. De beroepen van de appellant werden ongegrond verklaard, en de beslissing van de Staatssecretaris werd bevestigd.