ECLI:NL:CBB:2011:BP6884
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- E.R. Eggeraat
- M. van Duuren
- M.M. Smorenburg
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring bezwaarschrift inzake interpretatie Wet op de Registeraccountants
In deze zaak heeft de vereniging OvRAN, vertegenwoordigd door mr. drs. C.B.A. Spil, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Financiën, waarbij het bezwaarschrift van de vereniging tegen een eerdere brief van de minister niet-ontvankelijk werd verklaard. De procedure begon met een verzoek van appellante op 19 oktober 2009 om een duidelijker interpretatie van de Wet op de Registeraccountants (Wet RA) en de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten (Wet AA). De minister weigerde dit verzoek op 19 november 2009, met de mededeling dat alleen de rechter bindende interpretaties kan geven. Appellante maakte hiertegen bezwaar, maar dit bezwaar werd door de minister niet-ontvankelijk verklaard, wat leidde tot het beroep bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.
Het College heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de minister geen bevoegdheid heeft om accountants in te schrijven in het accountantsregister, en dat de brief van 19 november 2009 geen besluit is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Het College oordeelde dat de minister's reactie op het verzoek om uitleg niet gericht was op rechtsgevolg, maar een algemene informatieve reactie betrof. Appellante's argument dat de afwezigheid van een besluit in strijd is met artikel 13 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EVRM) werd verworpen, omdat er andere rechtsmiddelen beschikbaar zijn voor de leden van appellante.
Uiteindelijk verklaarde het College het beroep ongegrond, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak benadrukt de scheiding van bevoegdheden tussen de minister en de beroepsorganisaties, en bevestigt dat de minister niet kan ingrijpen in de inschrijvingsprocedures van accountants.