ECLI:NL:CBB:2011:BP0968
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- J.L.W. Aerts
- M. van Duuren
- J.H.W. de Planque
- Rechtspraak.nl
Correctie S&O-verklaring en bestuurlijke boete wegens het ontbreken van administratie
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, gedateerd 7 januari 2011, zijn de zaken AWB 09/1166 en AWB 09/1167 aan de orde. Appellante, A B.V., heeft beroep ingesteld tegen besluiten van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, die de bezwaren van appellante tegen de besluiten van 9 april 2009 ongegrond heeft verklaard. Deze besluiten betroffen de afgifte van S&O-verklaringen voor de jaren 2006 en 2007, waarbij de omvang van het speur- en ontwikkelingswerk op nihil werd gesteld en een bestuurlijke boete van € 1.100,- werd opgelegd wegens het ontbreken van een adequate administratie.
De procedure begon met een beroep van appellante op 4 september 2009, na de besluiten van verweerder van 24 juli 2009. Tijdens de zitting op 11 november 2010 werd duidelijk dat de S&O-administratie voor de jaren 2006 en 2007 niet beschikbaar was voor controle, ondanks herhaalde verzoeken van verweerder. De wetgeving, met name de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen, vereist dat de S&O-inhoudingsplichtige een deugdelijke administratie bijhoudt. Het College oordeelde dat appellante niet aan deze verplichting had voldaan, wat leidde tot de correctie van de S&O-verklaringen en de oplegging van de boetes.
Het College concludeerde dat de Minister terecht gebruik had gemaakt van zijn bevoegdheid om de S&O-verklaringen te corrigeren en boetes op te leggen, gezien het feit dat appellante herhaaldelijk was gewezen op haar verplichtingen. De omstandigheden die leidden tot het ontbreken van de administratie werden niet als overmacht erkend. De beroepen van appellante werden ongegrond verklaard, en het College zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.