ECLI:NL:CBB:2010:BO2559
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- J.L.W. Aerts
- H.A.B. van Dorst-Tatomir
- M. van Duuren
- Rechtspraak.nl
Ongegrondverklaring beroep tegen niet-ontvankelijkheid bezwaar heffing op grond van Regeling retributies VWA
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 14 oktober 2010 uitspraak gedaan in het geschil tussen Compaxo Vlees Zevenaar B.V. en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De zaak betreft een heffing die aan appellante is opgelegd op basis van de Regeling retributies VWA veterinaire en hygiënische aangelegenheden. Appellante heeft bezwaar gemaakt tegen de heffing, maar dit bezwaar werd door de Minister niet-ontvankelijk verklaard omdat het te laat was ingediend. Appellante heeft hiertegen beroep ingesteld bij het College.
Het College heeft vastgesteld dat appellante niet tijdig een bezwaarschrift heeft ingediend, aangezien de termijn van zes weken, zoals voorgeschreven in artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht, was verstreken. Appellante voerde aan dat er sprake was van een abuis, maar het College oordeelde dat deze omstandigheid niet voldoende was om te concluderen dat appellante niet in verzuim was. Het College heeft ook het betoog van appellante dat de heffing inhoudelijk niet rechtmatig was, verworpen.
Uiteindelijk heeft het College het beroep ongegrond verklaard en aangegeven dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige indiening van bezwaar en de strikte toepassing van de termijnen in bestuursrechtelijke procedures.