ECLI:NL:CBB:2009:BH2664
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- E.J.M. Heijs
- M. Munsterman
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit Minister van Landbouw inzake GLB-inkomenssteun en referentiebedrag zaaizaden
In deze zaak heeft de Maatschap A en B, appellante, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder, betreffende de vaststelling van de toeslagrechten op grond van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006. Het beroep is ingediend op 25 juni 2007, naar aanleiding van een besluit van 14 mei 2007, waarin het bezwaar van appellante tegen een eerder besluit van 22 september 2006 werd afgewezen. Appellante stelde dat haar productie in 2002 nadelig was beïnvloed door schade door ganzen, en verzocht om een herberekening van het referentiebedrag op basis van de productie in de jaren 2000 en 2001, omdat het jaar 2002 door overmacht buiten beschouwing zou moeten blijven.
Tijdens de zitting op 8 december 2008 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De rechtbank oordeelde dat de regelgeving, met name Verordening (EG) nr. 1782/2003, niet toestaat dat het referentiebedrag wordt berekend op basis van een fictieve productie. De rechtbank concludeerde dat de Minister terecht was uitgegaan van de geconstateerde productie van 13.174 kg veldbeemdgras voor het jaar 2002, en dat appellante niet kon worden tegemoetgekomen in haar verzoek om de schade door ganzenschade in de berekening mee te nemen.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de rechters W.E. Doolaard, E.J.M. Heijs en M. Munsterman, en werd openbaar uitgesproken op 19 januari 2009.