ECLI:NL:CBB:2008:BG1030
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- E.J.M. Heijs
- M. Munsterman
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van toeslagrechten uit de nationale reserve in het kader van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006
In deze zaak heeft appellant, een landbouwer, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, waarin zijn toeslagrechten op grond van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006 zijn vastgesteld. Appellant stelde dat hij als gevolg van overheidsinterventie, namelijk het niet verlengen van een pachtovereenkomst met Natuurmonumenten, minder hectaren subsidiabele grond had dan het aantal toeslagrechten dat hem was toegekend. De procedure begon met een beroep dat appellant op 25 april 2007 indiende tegen een besluit van 11 april 2007, waarin zijn bezwaar tegen een eerder besluit van 22 september 2006 werd afgewezen.
Tijdens de zitting op 24 juni 2008 werd het standpunt van appellant toegelicht door zijn gemachtigde. Appellant voerde aan dat de overheidsinterventie, die leidde tot het verlies van zijn pachtgrond, hem in aanmerking zou moeten laten komen voor toeslagrechten uit de nationale reserve. De verweerder stelde echter dat er geen sprake was van overheidsinterventie in de zin van de Regeling, omdat het niet verlengen van de pachtovereenkomst niet onder de definitie van overheidsinterventie viel. De verweerder had de toeslagrechten vastgesteld op basis van de referentiegegevens van appellant over de jaren 2000, 2001 en 2002.
Het College oordeelde dat de verweerder terecht had geoordeeld dat het niet verlengen van de pachtovereenkomst niet voortvloeide uit overheidsinterventie. Het College concludeerde dat appellant niet in aanmerking kwam voor toeslagrechten uit de nationale reserve, omdat de Regeling geen voorziening bood voor situaties waarin een landbouwer door andere oorzaken dan overheidsinterventie minder hectaren bedrijfsareaal had dan het aantal toeslagrechten. Het beroep van appellant werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenvergoeding toegekend.