ECLI:NL:CBB:2008:BF0851
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- J.A. Hagen
- E.R. Eggeraat
- M. van Duuren
- Rechtspraak.nl
Afwijzing subsidieaanvraag voor samenvoeging biomassavergistingsprojecten op basis van Kaderwet EZ-subsidies
In deze zaak heeft appellant, A, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Economische Zaken, waarin zijn verzoek om goedkeuring voor de samenvoeging van twee biomassavergistingsprojecten werd afgewezen. De aanvraag voor subsidie was ingediend op 18 december 2006, maar de Minister stelde dat de benodigde vergunningen voor de ingebruikname van de vergistingsinstallatie niet voor 18 augustus 2006 waren aangevraagd, zoals vereist door de Subsidieregeling opwekken duurzame elektriciteit in vergistingsinstallaties. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 31 juli 2008 uitspraak gedaan in deze zaak.
De procedure begon met een beroep van appellant op 18 januari 2008 tegen het besluit van 11 december 2007 van de Minister, waarin het bezwaar van appellant tegen de afwijzing van zijn subsidieaanvraag ongegrond werd verklaard. Tijdens de zitting op 19 juni 2008 werd de zaak behandeld, waarbij zowel appellant als de gemachtigden van de Minister aanwezig waren. De Minister had eerder de aanvragen van appellant voor subsidie goedgekeurd, maar de samenvoeging van de projecten werd afgewezen omdat de vergunningen niet tijdig waren aangevraagd.
Het College oordeelde dat de afwijzing van de subsidieaanvraag terecht was, omdat de voorwaarden van de regeling niet waren nageleefd. De Regeling vereist dat de vergunningen voor de ingebruikname van de vergistingsinstallatie vóór een bepaalde datum zijn aangevraagd. Aangezien dit niet het geval was, kon de Minister de subsidie niet verlenen. Het College concludeerde dat het beroep ongegrond was en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenvergoeding.