ECLI:NL:CBB:2007:BC1613
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- W.E. Doolaard
- E.J.M. Heijs
- H.A.B. van Dorst-Tatomir
- Rechtspraak.nl
Verweerder verklaart bezwaar ongegrond inzake akkerbouwsteun en uitsluitingsbedrag
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 19 december 2007 uitspraak gedaan in een geschil tussen appellant A, vertegenwoordigd door ir. S. Boonstra, en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, vertegenwoordigd door mr. L.C. Commandeur. Het geschil betreft de afwijzing van de aanvraag voor akkerbouwsteun en de daaropvolgende verrekening van een uitsluitingsbedrag van € 1800,19, opgelegd bij een eerder besluit. Appellant heeft beroep ingesteld tegen het besluit van 11 november 2005, waarin verweerder het bezwaar van appellant tegen de eerdere afwijzing van de aanvraag akkerbouwsteun 2003 ongegrond verklaarde.
De procedure begon met de indiening van het beroep op 22 november 2005. Verweerder had eerder op 15 januari 2004 de aanvraag voor akkerbouwsteun 2003 afgewezen en een uitsluiting opgelegd. Appellant heeft tegen deze uitsluiting bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard. Het College heeft vastgesteld dat het bezwaar van appellant tegen de verrekening van het uitsluitingsbedrag ten onrechte niet-ontvankelijk was verklaard. Het College oordeelde dat de aard en inhoud van de bezwaargronden niet bepalend zijn voor de ontvankelijkheid.
Het College heeft het bestreden besluit vernietigd en het bezwaar ongegrond verklaard, maar heeft zelf in de zaak voorzien. De uitspraak benadrukt dat het aanwenden van een rechtsmiddel tegen het besluit tot oplegging van het uitsluitingsbedrag geen schorsende werking heeft. Tevens werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van appellant, vastgesteld op € 322,-, en het griffierecht van € 138,- moet door de Staat der Nederlanden aan appellant worden vergoed.