ECLI:NL:CBB:2007:BB5611
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- E.J.M. Heijs
- F. Stuurop
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit Minister van Landbouw inzake GLB-inkomenssteun 2006
In deze zaak heeft appellant, A, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dat betrekking heeft op de vaststelling van zijn toeslagrechten onder de Regeling GLB-inkomenssteun 2006. Appellant had bezwaar gemaakt tegen een eerder besluit van 22 augustus 2006, waarin zijn toeslagrechten werden vastgesteld op basis van de referentiegegevens van de jaren 2000, 2001 en 2002. Appellant stelde dat zijn productie in deze jaren nadelig was beïnvloed door de MKZ-crisis en de langdurige arbeidsongeschiktheid van het bedrijfshoofd, wat volgens hem een beroep op overmacht rechtvaardigde.
De procedure begon met de indiening van het beroep op 30 november 2006, na een besluit van de Minister op 20 oktober 2006. Tijdens de zitting op 16 april 2007 was appellant niet aanwezig, maar de Minister werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde. De kern van het geschil draaide om de vraag of de productie van appellant daadwerkelijk was beïnvloed door de genoemde omstandigheden en of dit een geslaagd beroep op overmacht rechtvaardigde.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelde dat er geen sprake was van overmacht. De productiecijfers toonden aan dat de productie in 2001 zelfs was gestegen ten opzichte van 2000, wat de claim van appellant ondermijnde. Voor 2002 was er wel een daling, maar deze was het gevolg van een bewuste keuze van appellant om over te schakelen naar varkenshouderij, en niet van de MKZ-crisis of de ziekte van het bedrijfshoofd. Het College concludeerde dat de Minister de toeslagrechten correct had berekend op basis van de referentiegegevens en verklaarde het beroep ongegrond.