ECLI:NL:CBB:2007:BA1547
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit inzake slachtpremie en uitsluitingsbedrag op basis van Europese regelgeving
In deze zaak heeft appellant, A, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dat betrekking heeft op de Regeling dierlijke EG-premies. Het beroep is ingediend op 2 september 2005, naar aanleiding van een besluit van 22 juli 2005, waarin het bezwaar van appellant tegen een eerder besluit werd afgewezen. Appellant had zich in 2000 aangemeld voor de slachtpremieregeling en in 2002 aanvragen ingediend voor slachtpremie voor negen runderen. Tijdens een controle op 8 augustus 2002 werd vastgesteld dat appellant geen bedrijfsregister bijhield, wat leidde tot de afwijzing van zijn aanvragen voor slachtpremie in 2002. In de daaropvolgende besluiten werd appellant een uitsluitingsbedrag opgelegd, dat verrekend zou worden met zijn aanvragen in de jaren 2003, 2004 en 2005.
De kern van het geschil betreft de vaststelling dat het percentage afwijkingen groter is dan 50%, wat volgens de Europese regelgeving leidt tot een uitsluiting van de steun. Appellant betwist deze vaststelling en de verrekening van het uitsluitingsbedrag met zijn slachtpremieaanspraken. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de argumenten van appellant beoordeeld en vastgesteld dat de vaststelling van het percentage afwijkingen door verweerder juist is. Echter, het College oordeelt dat de verrekening van het uitsluitingsbedrag niet correct is toegepast, aangezien deze dient te geschieden met aanvragen die in 2003, 2004 en 2005 zijn ingediend, en niet met de jaren 2004, 2005 en 2006 zoals verweerder had gedaan.
Het College verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit voor zover het de verrekening betreft, en bepaalt dat het uitsluitingsbedrag moet worden verrekend met de betalingen in het kader van de steunregelingen voor rundvee waarop appellant aanspraak kan maken op basis van zijn aanvragen in 2003, 2004 en 2005. Tevens wordt verweerder veroordeeld in de proceskosten van appellant en dient de Staat der Nederlanden het griffierecht te vergoeden.