ECLI:NL:CBB:2007:AZ9457
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Verzet
- E.J.M. Heijs
- H.A.B. van Dorst-Tatomir
- M.J. Kuiper
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen uitspraak inzake EG-steunverlening voor akkerbouwgewassen
In deze zaak gaat het om een verzet tegen een eerdere uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, waarin de aanvraag om akkerbouwsteun voor het jaar 2003 door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit was afgewezen. De indiener, een maatschap, had bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard. Vervolgens werd er beroep ingesteld, dat door het College op 13 januari 2006 gegrond werd verklaard, waarbij het College het besluit van de Minister vernietigde voor wat betreft de hoogte van het uitsluitingsbedrag. De Minister moest hierop opnieuw beslissen, wat leidde tot een verlaagd uitsluitingsbedrag van € 4804,19.
Echter, in een latere uitspraak op 24 augustus 2006 verklaarde het College het beroep van de indiener ongegrond. Tegen deze uitspraak heeft de indiener verzet aangetekend, waarbij zij stelde dat het College ten onrechte had overwogen dat er geen grieven waren ingediend die betrekking hadden op de hoogte van het uitsluitingsbedrag. De indiener voerde aan dat de gewijzigde tekst van artikel 32 van Verordening (EG) nr. 2419/2001 niet uitsluit dat kortingen en uitsluitingen niet van toepassing zijn als het bedrijfshoofd feitelijk juiste gegevens heeft verschaft.
Het College oordeelde echter dat deze grief niet kon slagen, omdat in het beroepschrift geen verwijzing naar artikel 44 van de genoemde verordening was gemaakt. Bovendien had het College in een eerdere uitspraak al definitief beslist dat artikel 44 niet van toepassing was voor de indiener. Uiteindelijk concludeerde het College dat het verzet ongegrond was, en verklaarde het verzet van de indiener ongegrond.