ECLI:NL:CBB:2006:AX8806
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- E.J.M. Heijs
- R.P.H. Rozenbrand
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit inzake Regeling dierlijke EG-premies
In deze zaak heeft appellant, A, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder, inzake de Regeling dierlijke EG-premies. Het beroep is ingediend op 2 december 2004, tegen een besluit van 29 oktober 2004, waarin verweerder op het bezwaar van appellant tegen een eerder besluit heeft beslist. De procedure omvatte een zitting op 19 april 2006, waar appellant in persoon verscheen en verweerder vertegenwoordigd werd door zijn gemachtigde, mr. M.W. Oomen.
De kern van het geschil betreft de toekenning van een premie voor het aanhouden van zoogkoeien. Appellant had een premieaanvraag ingediend voor het jaar 2002, maar verweerder heeft deze aanvraag herzien en een lager bedrag vastgesteld, met een terugvordering van een eerder toegekend bedrag. Verweerder stelde dat de verplaatsingsverklaringen voor de runderen niet tijdig waren ingediend, waardoor de dieren niet als geconstateerd konden worden aangemerkt en geen premie kon worden verleend.
Appellant betwistte de beslissing van verweerder en voerde aan dat hij te zwaar werd gestraft voor de te late indiening van de verplaatsingsverklaringen. Hij stelde dat de fouten van verweerder bij de beoordeling van zijn aanvragen ook in aanmerking genomen moesten worden. Het College heeft echter geoordeeld dat de weigering van de premie voortvloeit uit de communautaire regelgeving en dat verweerder niet vrij was hiervan af te wijken.
Uiteindelijk heeft het College het beroep ongegrond verklaard, met de opmerking dat er aanleiding voor een proceskostenveroordeling had kunnen zijn, maar dat van gemaakte proceskosten niet was gebleken. De uitspraak werd gedaan door mr. E.J.M. Heijs, in tegenwoordigheid van mr. R.P.H. Rozenbrand als griffier, op 31 mei 2006.