ECLI:NL:CBB:2006:AW3056
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van onverschuldigde betalingen in het kader van de Regeling dierlijke EG-premies
In deze zaak heeft de Maatschap A, te B, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dat betrekking had op de Regeling dierlijke EG-premies. De appellante had een steunaanvraag ingediend voor het aanhouden van 54 zoogkoeien, maar er ontstond een geschil over de vervangingen van de dieren. De Minister had op basis van een controle door de Algemene Inspectiedienst (AID) besloten om een korting van 1,52% op de verleende premie op te leggen, omdat één van de aangevraagde dieren niet meer op het bedrijf aanwezig was. De appellante stelde dat zij de vervangingen tijdig had gemeld, maar het College oordeelde dat de melding niet op tijd was ontvangen door de bevoegde instantie. Het College bevestigde dat de appellante verantwoordelijk was voor het tijdig indienen van de vervangingen en dat de Minister terecht de terugvordering van € 496,80 had opgelegd. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor producenten om zorg te dragen voor de correcte en tijdige indiening van meldingen in het kader van de steunregelingen.