ECLI:NL:CBB:2004:AR7725
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Weigering aanwezigheidsvergunning voor kansspelautomaten in laagdrempelige inrichting
In deze zaak hebben appellanten, de vennootschap onder firma “A” en haar vennoten B, C en D, beroep ingesteld tegen een besluit van de Burgemeester van Texel, waarbij hun verzoek om een aanwezigheidsvergunning voor twee kansspelautomaten werd afgewezen. De procedure begon met een brief van appellanten op 21 juli 2004, waarna het College op 12 november 2004 de zitting hield. Tijdens deze zitting zijn partijen niet verschenen. De kern van het geschil draait om de vraag of de inrichting van appellanten, een discotheek, als laagdrempelig kan worden aangemerkt, wat van invloed is op de vergunningverlening voor kansspelautomaten.
De Burgemeester had eerder op 1 juli 2004 besloten op het bezwaar van appellanten tegen de afwijzing van hun vergunningaanvraag. Dit besluit was gebaseerd op de Algemene wet bestuursrecht, waarbij verweerder had gesteld dat de aanvraag voor een vergunning voor het jaar 2003 was gedaan, terwijl de aanvraag ook betrekking had op het jaar 2004. Het College oordeelde dat de aanvraag niet kon worden afgewezen op basis van artikel 4:6 Awb, omdat de aanvraag voor een ander tijdvak was ingediend dan waar het bestreden besluit op was gebaseerd.
Het College heeft vastgesteld dat de inrichting van appellanten, ondanks de aangevoerde wijzigingen, niet als hoogdrempelig kan worden gekwalificeerd. De enige wijziging die werd aangevoerd, was het plaatsen van een hekje bij de trap, dat later weer was verwijderd. Het College concludeerde dat er feitelijk niets was veranderd ten opzichte van de eerdere uitspraak van 9 september 2002, waarin de inrichting al als laagdrempelig was aangemerkt. De appellanten hebben niet voldoende bewijs geleverd dat er significante wijzigingen waren die de inrichting hoogdrempelig zouden maken.
Uiteindelijk heeft het College het beroep ongegrond verklaard en de weigering van de aanwezigheidsvergunning bevestigd. De beslissing van de Burgemeester om de vergunning te weigeren werd als terecht beoordeeld, omdat de inrichting niet voldeed aan de voorwaarden voor een hoogdrempelige inrichting, wat noodzakelijk is voor het verlenen van een vergunning voor kansspelautomaten.