ECLI:NL:CBB:2003:AG9391
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- C.M. Wolters
- M.J. Kuiper
- E.J.M. Heijs
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen intrekking vergunning voor kansspelautomaten
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 6 juni 2003 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stones Café B.V. en de burgemeester van Amsterdam. Appellante, Stones Café B.V., had op 31 december 2001 een beroepschrift ingediend tegen een besluit van de burgemeester van 19 november 2001, waarin werd meegedeeld dat de vergunning voor het aanwezig hebben van twee kansspelautomaten met ingang van 1 juni 2001 was vervallen. Dit besluit volgde op een eerdere brief van 2 juli 2001, waarin de burgemeester had aangegeven dat de vergunning niet meer geldig was, omdat de inrichting als laagdrempelig werd aangemerkt volgens de Wet op de kansspelen.
Het College heeft vastgesteld dat de burgemeester de vergunning op onterecht wijze heeft ingetrokken. De relevante wetgeving, de Wijzigingswet Wet op de kansspelen, bepaalt dat een vergunning die voor de inwerkingtreding van de wet is verleend, geldig blijft tot een jaar na de inwerkingtreding, tenzij eerder verstrijken of intrekking van de vergunning plaatsvindt. Het College oordeelde dat de mededeling van de burgemeester niet als een besluit kan worden aangemerkt, omdat deze niet gericht was op rechtsgevolg. Hierdoor was het bezwaar van appellante ten onrechte ontvankelijk verklaard.
Het College verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit en verklaarde het bezwaar van appellante niet-ontvankelijk. Tevens werd de gemeente Amsterdam veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van appellante, die in totaal € 966,-- bedroegen, evenals het griffierecht van € 218,27. Deze uitspraak benadrukt de noodzaak voor bestuursorganen om zorgvuldig om te gaan met vergunningverlening en intrekking, en de juridische vereisten die aan besluiten worden gesteld.