ECLI:NL:CBB:2000:AU1251
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- B. Verwayen
- C.M. Wolters
- H.C. Cusell
- Rechtspraak.nl
Tuchtprocedure tegen registeraccountant inzake fiscale eenheid en aandeelhouderschap
In deze zaak gaat het om een tuchtprocedure tegen de registeraccountant C, die betrokken was bij de jaarrekeningen van de besloten vennootschap A Bouwontwikkeling B.V. (appellante) en haar relatie met H B.V. en I Holding B.V. De raad van tucht had op 21 november 1997 een beslissing genomen op een klacht van appellante, die op 7 januari 1998 in beroep ging. De klacht betrof de medewerking van C aan de opname van H B.V. in een fiscale eenheid met I Holding B.V., wat volgens appellante leidde tot onjuiste jaarrekeningen en een vertekend beeld van de financiële positie van de I Groep. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de zaak behandeld op 14 maart 2000, waarbij A, de directeur van appellante, en C met zijn raadsman aanwezig waren.
Het College oordeelt dat de raad van tucht de klacht van appellante in alle onderdelen ongegrond heeft verklaard. Appellante stelde dat C onterecht had meegewerkt aan de opname van H B.V. in de fiscale eenheid, wat volgens haar resulteerde in onjuiste jaarrekeningen. Het College weerlegt deze stelling door te stellen dat de opvatting van C over de aandeelhouderschap en de jaarverslagen niet onredelijk was. Het College concludeert dat A bevoegd was om het beroep in te stellen, ondanks het faillissement van appellante, en dat de bezwaren van appellante niet voldoende onderbouwd waren.
De uitspraak van het College is gebaseerd op de artikelen 33, eerste lid, 52 en 54f van de Wet op de Registeraccountants. Het College verwerpt het beroep van appellante, waarmee de beslissing van de raad van tucht in stand blijft.