202402585/3/R2.
Datum uitspraak: 26 november 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
Wijkraad Noordhoek en anderen, alle(n) gevestigd, respectievelijk wonend in Tilburg,
appellanten,
en
de raad van de gemeente Tilburg,
verweerder.
Procesverloop
Bij tussenuitspraak van 5 februari 2025, ECLI:NL:RVS:2025:430, heeft de Afdeling de raad opgedragen om binnen 16 weken na verzending van de tussenuitspraak de daarin geconstateerde gebreken in het besluit van 11 maart 2024 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Noordhoek 2010, 1e herziening (Elzenhof 139)", te herstellen. Bij besluit van 19 mei 2025 (hierna: het herstelbesluit) heeft de raad de planregels, verbeelding en toelichting van het bestemmingsplan aangepast.
Wijkraad Noordhoek en anderen en Xpect013 hebben een zienswijze ingediend.
De Afdeling heeft bepaald dat een nadere zitting achterwege blijft en heeft het onderzoek gesloten.
Overwegingen
Overgangsrecht inwerkingtreding Omgevingswet
1. Op 1 januari 2024 zijn de Omgevingswet en de Invoeringswet Omgevingswet in werking getreden. Op grond van artikel 4.6, derde lid, van de Invoeringswet Omgevingswet blijft op een beroep tegen een besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het bestemmingsplan onherroepelijk is.
Het ontwerpplan is op 13 maart 2023 ter inzage gelegd. Dat betekent dat op deze beroepsprocedure het recht, waaronder de Wet ruimtelijke ordening, zoals dat gold vóór 1 januari 2024 van toepassing blijft.
De tussenuitspraak
2. Het plan waarover de Afdeling tussenuitspraak heeft gedaan maakt een functieverandering van de voormalige Ursulinekapel en kapeltuin mogelijk, waarbij de woonbestemming wordt omgezet naar de bestemming "Maatschappelijk". Het is de bedoeling dat er samen met de bestaande basisschool "De Elzen" een Integraal Kindcentrum (hierna: IKC) mogelijk wordt gemaakt. De kapel zal worden gebruikt als buitenschoolse opvangruimte en voor onderwijsondersteunende ruimten. De bij de kapel behorende afgesloten tuin zal worden gebruikt door 24 kinderen van de kinderdagopvang in de leeftijdscategorie van nul tot vier jaar.
3. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak geoordeeld dat het besluit van 11 maart 2024 voor het aspect geluid onvoldoende zorgvuldig is voorbereid. De Afdeling heeft de raad op grond van artikel 8:51d van de Awb opgedragen om binnen 16 weken de gebreken die in de tussenuitspraak zijn geconstateerd te herstellen. De raad moest nader motiveren waarom in het akoestisch onderzoek naar de geluidsbelasting voor de omgeving door de groep van 0-4 jarigen voor het piekbronvermogen kon worden aangesloten bij 95 dB(A) en voor zover de raad dit niet nader kon motiveren, moest de raad opnieuw onderzoek doen. Daarnaast moest de raad onderzoek doen naar de geluidsbelasting door een toename van verkeersbewegingen van 68 autoritten per dag.
Tussenconclusie
4. Gelet op wat in de tussenuitspraak is overwogen, is het beroep van Wijkraad Noordhoek en anderen tegen het besluit van 11 maart 2024 gegrond. Dat besluit moet worden vernietigd wegens strijd met artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb).
Het herstelbesluit
5. Ter uitvoering van de opdracht in de tussenuitspraak heeft de raad een aanvullend akoestisch onderzoek laten uitvoeren naar de maximale piekgeluidniveaus ter plaatse van woningen rondom de Elzenhof, als gevolg van het buitenspelen van kinderen van het kinderdagverblijf. De resultaten hiervan zijn neergelegd in het addendum "piekgeluiden Elzenhof 139 te Tilburg" (hierna: het aanvullend akoestisch onderzoek). Verder heeft de raad aanvullend onderzoek laten doen naar de geluidbelasting van 68 vervoersbewegingen op de omliggende woningen. De resultaten zijn neergelegd in het aanvullend onderzoek indirecte hinder als gevolg van verkeersbewegingen (hierna: het aanvullend onderzoek indirecte hinder verkeersbewegingen). De raad heeft aan artikel 3.5.1 van de planregels onderdeel a toegevoegd en de plantoelichting aangevuld.
6. Gelet op artikel 6:19, eerste lid, van de Awb is het herstelbesluit onderdeel van dit geding en moet het beroep van Wijkraad Noordhoek en anderen daarom worden geacht ook te zijn gericht tegen dat besluit.
7. De Afdeling zal aan de hand van de door Wijkraad Noordhoek en anderen tegen het herstelbesluit naar voren gebrachte zienswijze beoordelen of de raad heeft voldaan aan de opdracht in de tussenuitspraak.
Het aanvullend akoestisch onderzoek
8. Wijkraad Noordhoek en anderen betogen dat het aanvullend akoestisch onderzoek uitgaat van onjuiste uitgangspunten en dat het onderzoek onvolkomenheden bevat.
Wijkraad Noordhoek en anderen voeren in de eerste plaats aan dat de raad onvoldoende heeft gemotiveerd waarom in het aanvullend akoestisch onderzoek van de gemiddelde waarde van 102,5 dB(A) kon worden uitgegaan in plaats van 110 dB(A). Wijkraad Noordhoek en anderen voeren daarnaast aan dat het aanvullend akoestisch onderzoek onvolkomenheden bevat.
8.1. Uit het aanvullend akoestisch onderzoek volgt dat het verhogen van het piekbronvermogen naar 102,5 dB(A) tot gevolg heeft dat er een overschrijding van de etmaalwaarde voor het maximale geluidsniveau uit stap 2 van de VNG-brochure bij de woningen aan de noordwestzijde plaatsvindt. In het geval van het plaatsen van een geluidscherm op de in het aanvullend akoestisch onderzoek aangegeven locatie is niet langer sprake van een overschrijding van die etmaalwaarde. Daarom heeft de raad een voorwaardelijke verplichting in de planregels opgenomen dat de tuin bij de kapel pas in gebruik genomen mag worden als ter plaatse van de aanduiding 'erfafscheiding' een afscheiding met een gesloten structuur van 2 m is opgericht en in stand wordt gehouden (artikel 3.5.1, onder a, van de planregels).
8.2. Naar het oordeel van de Afdeling mocht in het akoestisch onderzoek voor het piekbronvermogen 102,5 dB(A) als uitgangspunt gehanteerd worden. De raad heeft namelijk toegelicht dat is aangesloten bij de normen uit de VDI-richtlijn 3770 die gelden voor piekgeluidniveaus en hierbij heeft hij gekozen voor het gemiddelde van de normen die gelden voor het maximaal bronvermogen van een kind, op een speelplaats van het kinderdagverblijf, van 95-110 dB(A). Naar het oordeel van de Afdeling mocht de raad zich in dit geval baseren op dit gemiddelde. Wijkraad Noordhoek en anderen hebben niet aannemelijk gemaakt dat het aanvullend akoestisch onderzoek uitsluitend kon en mocht worden gebaseerd op 110 dB(A) in plaats van 102,5 dB(A). Vergelijk ook de uitspraak van 19 juli 2017, ECLI:NL:RVS:2017:1929, r.o. 5.1. 8.3. In het betoog van Wijkraad Noordhoek en anderen ziet de Afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat het aanvullend akoestisch onderzoek onvolkomenheden bevat. Naar het oordeel van de Afdeling mocht de raad op basis van het aanvullend akoestisch onderzoek tot de conclusie komen dat, na realisering van het geluidsscherm, wordt voldaan aan de etmaalwaarde voor het maximale geluidsniveau uit stap 2 van de VNG-brochure.
8.4. Het betoog slaagt niet.
Geluid door toename verkeersbewegingen
9. Wijkraad Noordhoek en anderen betogen dat het aanvullend onderzoek indirecte hinder als gevolg van de toename van verkeersbewegingen onzorgvuldig is, omdat het uitgaat van onjuiste uitgangspunten en dat met een aantal factoren geen rekening is gehouden.
9.1. In het aanvullend onderzoek indirecte hinder als gevolg van verkeersbewegingen wordt geconcludeerd dat de maximale geluidbelasting als gevolg van deze 68 vervoersbewegingen tussen 36 en 43 dB(A) op de gevels van de maatgevende woningen ligt. Daarmee ligt de geluidbelasting minimaal 9 dB(A) onder de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) en vormt die indirecte hinder van de vervoersbewegingen geen belemmering.
9.2. De Afdeling ziet in het betoog van Wijkraad Noordhoek en anderen geen aanleiding voor het oordeel dat dit aanvullend onderzoek onzorgvuldig is.
Over het betoog van Wijkraad Noordhoek en anderen, dat mogelijk van een te laag aantal verkeersbewegingen van 68 is uitgegaan, overweegt de Afdeling dat Wijkraad Noordhoek en anderen deze beroepsgrond pas in hun zienswijze over het herstelbesluit naar voren hebben gebracht. Hiermee hebben Wijkraad Noordhoek en anderen hun beroepsgronden na de tussenuitspraak uitgebreid met een nieuwe, niet eerder aangedragen beroepsgrond die zij al tegen het oorspronkelijke besluit naar voren hadden kunnen brengen. Dit is gelet op het belang van een efficiënte geschilbeslechting en de rechtszekerheid van de andere partijen, in het licht van de goede procesorde, niet aanvaardbaar. De Afdeling laat wat Wijkraad Noordhoek en anderen in dit verband aanvoeren, dan ook buiten bespreking.
9.3. In hetgeen door Wijkraad Noordhoek en anderen voor het overige naar voren is gebracht, onder meer over dat de geluidshinder bij het halen en brengen niet is meegenomen en dat het geluid van autobewegingen van en naar parkeerplaatsen bij het naastgelegen appartementsgebouw niet is meegenomen, ziet de Afdeling geen aanleiding voor een vernietiging van het herstelbesluit. Daarbij betrekt de Afdeling dat het onderzoek uitgaat van een worst-case scenario, waarbij is uitgegaan van 68 verkeersbewegingen in plaats van maximaal 48 en dat op meerdere punten in de Elzenstraat, langs een lengte van 100 m, is gemeten.
9.4. Het betoog slaagt niet.
Overige beroepsgronden
10. Hetgeen Wijkraad Noordhoek en anderen overigens hebben aangevoerd, over het reeds bestaande verkeersprobleem dat door de groei van de school alleen maar erger is geworden, geeft geen aanleiding voor de conclusie dat het plan in zoverre gebreken bevat. Deze beroepsgronden slagen daarom ook niet.
Conclusie herstelbesluit
11. Het beroep tegen het herstelbesluit is ongegrond.
Proceskosten
12. De raad hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. verklaart het beroep tegen het besluit van de raad van de gemeente Tilburg van 11 maart 2024 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Noordhoek 2010, 1e herziening (Elzenhof 139) gegrond;
II. vernietigt het besluit van de raad van de gemeente Tilburg van 11 maart 2024 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Noordhoek 2010, 1e herziening (Elzenhof 139);
III. verklaart het beroep tegen het besluit van de raad van de gemeente Tilburg van 19 mei 2025 tot gewijzigde vaststelling van het bestemmingsplan "Noordhoek 2010, 1e herziening (Elzenhof 139)" ongegrond;
IV. gelast dat de raad van de gemeente Tilburg aan Wijkraad Noordhoek en anderen het door hen voor de behandeling van het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 371,00 vergoedt, met dien verstande dat bij betaling aan één van hen het bestuursorgaan aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan.
Aldus vastgesteld door mr. P.H.A. Knol, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. F. Nales, griffier.
w.g. Knol
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Nales
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 26 november 2025
1074-680